[Duiken en het oog]
Gezichtsvermogen
Het gezichtsvermogen / gezichtsscherpte wordt door artsen visus genoemd. In Nederland wordt de visus bepaald volgens de letterkaart van Snellen. Op een afstand van 6m moeten letters van verschillende formaten opgelezen worden. Een gemiddeld oog ziet 1.0 / 100% (=rij 8 in de afbeelding). Hoe minder goed de visus is, hoe minder rijen letters je kunt lezen.
Een oog dat minder dan 100% ziet, heeft een hulpmiddel (bril, lenzen) nodig om goed te kunnen zien. Het hulpmiddel zorgt voor de juiste breking van het licht, waardoor iemand scherp kan zien. De sterkte van een lens wordt uitgedrukt in dioptrie.
Duiken met een beperking in het gezichtsvermogen
In principe kun je medisch gezien gewoon duiken bij slechtziendheid. Mogelijk kan echter de óórzaak van de gezichtsbeperking een reden zijn om het duiken te ontraden.
Veiligheid voor jezelf en je buddy is natuurlijk belangrijk. Het is belangrijk dat je je instrumenten kunt aflezen, dat je zelfstandig kunt navigeren en terug naar de waterkant kunt komen, en dat je onder water kunt communiceren met je buddy. Bij ernstige slechtziendheid of blindheid kan dit bemoeilijkt of zelfs onmogelijk zijn. Dan is er extra begeleiding en eventueel een aangepast brevet nodig om te kunnen duiken. Voorbeelden van duikorganisaties die opleidingen aanbieden voor ernstig slechtziende of blinde mensen, zijn IAHD (International Association for Handicapped Divers) of DDI (Disabled Divers International).
Bij slechtziende of blinde duikers dient de communicatie onder water op een andere manier te gaan. Handsignalen zullen moeten worden vervangen door tastsignalen. De buddy van de duiker dient deze signalen uiteraard ook te beheersen. De blinde duiker dient echter ook de normale duiksignalen te leren zodat hij/zij kan communiceren met andere ‘ziende’ duikers. Een alternatief is het gebruik van een volgelaatsmaskers waardoor er onder water zelfs met elkaar gepraat kan worden.
Keuringsrichtlijnen gezichtsvermogen
In de keuringsrichtlijnen van de NOB wordt benoemd dat een duiker voldoende eigen visus dient te hebben om contact te houden met zijn buddy of om de boot of de kust zónder correctie terug te vinden. Dit voor het geval de duiker zijn duikbril kwijtraakt onder water. Daarnaast moet je met correctie onder water de verschillende instrumenten kunnen aflezen.
Qua eisen wordt hierbij verwezen naar de keuringseisen van het Nederlandse Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), waarin benoemd wordt dat na optimale correctie beide ogen samen een gezichtsvermogen moeten hebben van minimaal 50%. Dit houdt dus in dat als je aan 1 oog blind bent, je veilig kunt duiken als het andere oog voldoende gezichtsvermogen heeft.
Invloed van duiken op het zien
Water heeft veel invloed op het gezichtsvermogen. Zonder duikbril is het gezichtsvermogen beperkt tot maximaal 30cm (onafhankelijk of je brildragend bent of niet). Het oog is er namelijk op ingesteld om scherp te stellen in lucht. Om dus scherp te kunnen zien onder water, is een luchthoudende ruimte nodig tussen het oog en het water. Vandaar dat het noodzakelijk is om een duikbril te dragen.
Zien van licht onder water
Licht gedraagt zich in water anders dan in lucht. Een goed voorbeeld van dit andere gedrag, is bijvoorbeeld een potlood in een glas water. Als je hier vanaf de zijkant naar kijkt, lijkt het alsof het potlood uit 2 delen bestaat en het gedeelte onderwater veel groter is. Dit komt omdat lichtstralen van richting veranderen op het moment dat het een ander medium betreedt (bijvoorbeeld van water naar lucht). Dit wordt in de natuurkunde de brekingsindex genoemd. Ook is de snelheid van licht op land anders dan in het water.
Bij het duiken merk je dit uit het feit dat dingen groter en dichterbij zijn dan op het land. Objecten lijken onder water 33% groter en/of 25% dichterbij dan ze werkelijk zijn. Mocht je bijvoorbeeld de hand van je buddy willen vastpakken, dan is de kans groot dat je de eerste keer mis grijpt. Daarnaast verwonder ik me vaak over de grootte van een drankblikje wat als afval in het water ligt.
Zien van kleuren
Daarnaast veranderen kleuren ook nog eens onder water. Dit heeft te maken met de golflengte van een kleur.
Licht bestaat uit een heel spectrum van alle kleuren. Dit kun je ook herkennen aan de regenboog, wat een optisch effect is van weerspiegeling van wit licht in regendruppels. De volgorde van kleuren is altijd hetzelfde en is afhankelijk van de golflengte van de kleur. Van buiten naar binnen is dit rood, oranje, geel, groen, blauw, indigo en violet. Hoe meer naar buiten, hoe groter de golflengte van de kleur.
De mate waarin wij kleur zien, is afhankelijk van hoe het licht wordt geabsorbeerd. Een wit voorwerp absorbeert geen licht en kaatst dus alle kleuren terug. Een zwart voorwerp absorbeert al het licht en kaatst dus niks terug. Een geel voorwerp bijvoorbeeld absorbeert al het licht behalve het gele wat hij terugkaatst.
Onder water worden kleuren ook geabsorbeerd. De kleuren met de grootste golflengte, worden als eerste geabsorbeerd en zijn zodoende niet meer zichtbaar. De kleur rood wordt al snel geabsorbeerd. Gevolgd door oranje en geel. Resultaat is dat alles onder water er groen en blauw uit ziet.
Mocht je tijdens het duiken toch de kleuren van objecten willen bewonderen, zou je er met een lamp op moeten schijnen. Los van verlichting, is het kleurenzien daarom ook een reden om een duiklamp mee te nemen.
Gezichtsvelden
Het duiken heeft ook invloed op je gezichtsvelden. Door het dragen van een duikbril wordt het zicht aan de zijkanten belemmert. Je zult meer op en neer moeten kijken om de omgeving goed te kunnen zien. Het normale gezichtsveld is ongeveer 180°; met een duikmasker is dit nog maar 85°. Dit is uiteraard afhankelijk van de soort duikbril, het wel of niet aanwezig zijn van vensters aan de zijkant, en het soort siliconen wat er gebruikt wordt. Persoonlijk vind ik het prettig om een duikbril met zwart siliconen te gebruiken. Hierdoor heb ik geen last van lichtinval langs de zijkanten (waar ik toch niet scherp kan zien) en kan ik me beter focussen op het onderwerp voor me.
Hydrostatische druk en invloed op het oog
In het water hebben we te maken met de hydrostatische druk [waterdruk]. Het oog is volledig gevuld met vocht en daarom niet samendrukbaar. De oogdruk wordt daarom nauwelijks beïnvloed door de drukveranderingen bij het duiken.
Bij sommige oogoperaties wordt een gasmengsel in het glasvocht van het oog gespoten, bijvoorbeeld ter behandeling van een netvliesloslating. Dit gas staat wél onder invloed van de hydrostatische druk en drukverschillen onder water. Mensen die deze operatie hebben ondergaan, worden daarom ontraden om te gaan duiken.
Gebruik van correctiemiddelen
Ruim 60% van de Nederlandse bevolking draagt een bril of contactlenzen. Dit varieert van leesbrillen tot een bril met een grote correctie. Sommige mensen hebben geen correctiemiddelen nodig bij het duiken; anderen kunnen niet zonder. Maar welke mogelijkheden voor correctiemiddelen zijn er nu bij het duiken?
Bril en duiken
Verschillende merken duikbrillen bieden duikbrillen op sterkte aan. Dit kunnen duikbrillen met volledige glazen op sterkte zijn, of duikbrillen met normale glazen en ingeplakte lenzen voor het leesgedeelte. Het is ook mogelijk om duikbrilglazen met cilindrische afwijkingen te laten maken. Ik heb zelfs een keer een duiker gezien die een bril (zonder pootjes) in zijn duikbril plaatste om zodoende goed onder water te kunnen zien!
Contactlenzen en duiken
Duikers die tijdens het duiken contactlenzen willen dragen, kunnen het beste zachte contactlenzen gebruiken. Harde lenzen of starre gasdoorlatende lenzen hebben namelijk het nadeel dat er tijdens het duiken gasbellen kunnen vormen in het traanvocht tussen het hoornvlies en de contactlens, wat pijnklachten en/of een wazig zicht geeft. De gasbellen kunnen zelfs de lens van het oog afduwen. Dit gevaar is bij zachte lenzen een stuk kleiner dan bij harde lenzen.
Contactlenzen en water
Het zoute zeewater is zogenoemd hypertoon ten opzichte van het oog. Dit houdt in dat er een hogere concentratie aan cellen is in vergelijking met het hoornvlies. Door contact met elkaar zal vocht vanaf het hoornvlies naar het zeewater verplaatsen. Het hoornvlies droogt daardoor uit en zal dunner worden. Het contact met de lens neemt af, waardoor het risico bestaat dat een contactlens kwijtraakt.
Zwembadwater is daarentegen hypotoon ten opzichte van het oog, waardoor het verplaatsen van vocht de andere kant op gaat. Het hoornvlies zal vocht opnemen en zwelt daardoor op. De passing met de contactlens wordt vaster en gekleurde ringen (halo’s) kunnen worden waargenomen. In zwembadwater zullen contactlenzen dus minder makkelijk wegspoelen dan in zeewater.
Gezien het gebruik van een duikbril komen je ogen in principe niet in contact met het water. Het kan echter voorkomen dat je duikbril elke keer volloopt met water of dat hij per ongeluk door je buddy van je hoofd wordt geslagen. Het is dan mogelijk dat er water in je ogen komt. Bij dragen van contactlenzen is er dan een gevaar dat het vieze water opgesloten raakt tussen de contactlens en het hoornvlies. Allerlei micro-organismen kunnen daardoor een ontsteking van het hoornvlies veroorzaken. Het is daarom belangrijk dat als je water in je ogen hebt gekregen, je de contactlenzen nadien verwijderd.
Bij een duikopleiding horen oefeningen als duikbril afzetten en zwemmen zonder duikbril. Bij gebruik van contactlenzen is het verstandig dit aan je instructeur aan te geven, zodat je deze oefeningen met gesloten ogen kunt uitvoeren.
Duiken met oogheelkundige aandoeningen / na een oogheelkundige ingreep
Mag je duiken na een staaroperatie? Staat een behandeling in verband met een glasvochtloslating duiken in de weg? Wanneer mag ik weer duiken na een ooglidcorrectie? Vragen die ik krijg in mijn mailbox of welke passeren tijdens een duikkeuring. En ook vragen waar ik moeilijk antwoord op kan geven, omdat daar gewoonweg weinig onderzoek naar is gedaan. Ik ben zelf geen oogarts, en heb ook geen oogartsen in mijn netwerk die ook nog eens duikmedische kennis hebben. Bij het advies moet ik me dus baseren op mijn duikmedische kennis. Mocht je oogarts een ingreep hebben geadviseerd, neem dan de volgende overwegingen mee met betrekking tot het duiken:
* Of er veilig gedoken kan worden bij oogheelkundige problemen, is onder andere afhankelijk van het resterende gezichtsvermogen. Je moet voldoende kunnen zien om jezelf te kunnen redden onder water of aan het wateroppervlakte. Hierbij worden de richtlijnen van de CBR aangehouden: als je mag autorijden met een gezichtsbeperking, mag je ook duiken.
* De hyperbare druk welke ontstaat bij het duiken heeft géén invloed op de oogboldruk. Iemand met glaucoom kan gewoon duiken zonder dat de oogboldruk nóg hoger wordt. Eventuele bijwerkingen van medicatie/oogdruppels tegen de glaucoom kunnen wel een reden zijn om duiken te ontraden.
* Na een operatie aan het oog dient de wond volledig genezen te zijn alvorens het duiken weer te hervatten. Dit om bij het risico van een duikmaskersqueeze geen problemen met (de anatomie van) het oog kunnen ontstaan, en zodat er geen infectie aan het hoornvlies kan ontstaan door contact met het (vieze) water. De tijdsduur hiervan is afhankelijk van de operatietechniek. Na een staaroperatie kom ik hiervoor verschillende adviezen tegen, van 2 tot 6 maanden. Het is aan de oogarts om te beoordelen of het oog voldoende is genezen en of je alles weer mag doen.
* Behandeling van een netvlies- of glasvochtloslating kan uit verschillende onderdelen bestaan. Bij enkele behandelvormen wordt er lucht of een gasbel in de oogbol achtergelaten, wat een absolute contra-indicatie is voor het duiken. Elke vorm van lucht is gevoelig voor de drukverschillen bij het duiken (inkrimpen / uitzetten bij afdaling en opstijging). Als dit een afgesloten luchthoudende ruimte betreft, zou deze ruimte kunnen openscheuren. Duiken kan eventueel weer hervat wordt als is vastgesteld dat er helemaal geen lucht meer aanwezig is in de oogbol.